DSI 2.0: de nieuwigheden uitgelicht voor de gemeentelijke beheerder
In april kreeg het DSI-platform (Digitale Stedenbouwkundige Informatie) een grondige makeover. Het bestaande platform was zowel qua interface als qua datastructuur onvoldoende future proof geworden. Voor gemeentelijke gebruikers biedt deze vernieuwde versie alleszins veel meer voor- dan nadelen.
Eerst en vooral is de website met achtergrondinfo, ondersteuning etc. nu een pak overzichtelijker geworden. De documentatie (richtlijnen, cookbook, modelshapefiles…) is bijgewerkt en voorzien van een rubriek voor FAQ’s en een reeks instructiefilmpjes.
Nadeel: bij het aanmelden als gemeentelijk beheerder, krijg je momenteel nog alle plannen te zien van heel Vlaanderen. Via de filterknop moet je dan nog filteren op bijvoorbeeld “eigen dossiers”. Nvdr: dit zou op termijn wellicht aangepast worden.
Om dossiers op te laden, moet er niet meer gewerkt worden met de DossierZipper en een dossier.properties-bestand. Er kan gewoon een nieuwe fase aangemaakt worden en naast individuele dossierstukken kunnen nu ook te allen tijde individuele geodata opgeladen en gedownload worden. Het individueel kunnen manipuleren van de geodata is een grote verbetering. Het aanpassen van een dossier is nu ook veel eenvoudiger: voor de meeste wijzigingen moet er niet langer herroepen en geherpubliceerd worden. Dit maakt het beheren van de plannen als gemeente veel gemakkelijker en transparanter en zal hopoelijk ook de drempel verlagen voor gemeenten om oudere plannen op te laden en om minimaal opgeladen plannen aan te vullen met extra gegevens. West-Vlaanderen (vooral de Midwest-regio) loopt op dit vlak trouwens nog steeds duidelijk voorop (50 van de 64 gemeenten laadden reeds plannen op).
Nieuw en uitermate handig is de publieke omgeving waarop je plannen kan opzoeken over heel Vlaanderen. Op https://dsi.omgeving.vlaanderen.be/fiche-overzicht kan iedereen terecht zonder login. Je kan filteren op gemeente/plannende overheid, algplanid of naam en je kan het volledige dossier inclusief alle opgeladen dossierstukken raadplegen en downloaden. Dit kan een alternatief zijn voor het ontsluiten van een overzichtslijst van gemeentelijke plannen en verordeningen via een eigen pagina op de gemeentelijke website. Studiebureaus, architecten en andere RO-professionals zullen hier heel tevreden mee zijn.
In tegenstelling tot wat er in de documentatie staat, zijn individuele plannen niet meer raadpleegbaar/dowloadbaar via Geopunt. Momenteel zijn de gemeentelijke plannen op Vlaams niveau ook nog steeds niet raadpleegbaar in het geoportaal van Omgeving Vlaanderen. Een eigen gemeentelijke plannenviewer is hiervoor dus nog steeds aan de orde.
De ontsluiting via de webservices (WMS/WFS) verloopt nu via Mercator.net, en is daardoor ook wat meer gestroomlijnd. Vroeger bestond de WMS uit meer dan duizend kaartlagen (per fase, per planelement, per individueel plan zelfs), maar nu is dit enkel per plantype en per planelement. De webservice bevat altijd de meest recente dossierfase, en die zit nu als een apart veld in de attributentabel. De attributentabel bevat nu ook een link naar de volledige dossierfiche op DSI zelf.
Door de overschakeling zijn ook de url’s gewijzigd. Voor gemeenten die deze url gebruikten op hun website of in plannenviewers (zie eerdere blog hierover), is dit een belangrijk aandachtspunt: check de url’s naar je bijlagen en pas eventueel aan naar de nieuwe omgeving. Een verschil bij vroeger is ook dat de dossierstukken meteen gedownload worden, terwijl ze vroeger in een browservenster weergegeven werden; Doordat er niet meer gewerkt wordt op basis van DSI-nummers, is de url naar de individuele dossierstukken niet meer gestructureerd samengesteld. Dit heeft als vervelend nadeel is dat je de url’s haast overal individueel moet aanpassen, terwijl deze vroeger in een attributentabel in bulk konden berekend worden.
Wat betreft het hete hangijzer van de SLD-problematiek is er besloten om af te stappen van het systeem van individuele SLD’s per instantie en per plan. Er worden in DSI 2.0 geen individuele SLD’s meer opgeladen, maar er moet gebruik gemaakt worden van een centrale legende-catalogus, waaraan weliswaar nieuwe symbolen kunnen toegevoegd worden.
0 reacties